Kaarten
Mavis (58) is lid van het Friese 30 juni/1 juli comité: 'Hoe vertel je de gruwelijkheden aan je kinderen en kleinkinderen?'
Mavis Webster, lid van het 30 juni/1 juli comité, vertelt over de doorwerking van het slavernijverleden. Foto: Hoge Noorden/Jacob van Essen

Honderden mensen komen zaterdag samen in de tuin van keramiekmuseum Princessehof. Ze besteden aandacht aan de afschaffing van de slavernij. Surinaamse Nederlanders met banden met Friesland vertellen over hun eigen ervaringen met de doorwerking van slavernij.

Mavis Brewster (58) vertelt aan de keukentafel in de Leeuwarder wijk Bilgaard haar verhaal. Bijna twee jaar is ze nu betrokken bij het Friese 30 juni/1 juli comité. Het comité organiseert op 30 juni een herdenking van de slavernij en op 1 juli Ketikoti, de viering van de afschaffing. Dit jaar is het een bijzondere herdenking, omdat het 150 jaar geleden is dat er daadwerkelijk een einde kwam aan de slavernij.

,,Waarom ik daar betrokken bij wil zijn?”, herhaalt Brewster de vraag. ,,Ik word daar automatisch bij betrokken door mijn huidskleur. Alles wat je bent, daar raak je bij betrokken. Laatst klopte een wildvreemde in het theater op mijn schouder om te vragen waar ik vandaan kom.”

‘De meest pijnlijke onbeschofte dingen’

En zo begint Brewster gelijk over de doorwerking van het slavernijverleden te vertellen. Doorwerking houdt in dat de gevolgen van de slavernij nog steeds merkbaar zijn. ,,Dat kunnen racistische opmerkingen zijn”, vertelt Brewster, ,,onmogelijke opmerkingen. Soms zeggen mensen de meest pijnlijke, onbeschofte dingen. Het is onbegrijpelijk, want het zijn wildvreemden.’’

,,Maar veel vaker is het iets waar je moeilijker de vinger op kan leggen. Je zit bijvoorbeeld ergens en de zaal raakt vol, maar niemand komt naast je zitten. Er klinkt wat geklets en ineens vertrekt iedereen. Het zijn rare dingen. Mensen kunnen het dan voor zichzelf goedpraten. ‘Nee, je bent te gevoelig. Nee, daar ligt het niet aan.’ Maar jij weet wel dat het niet klopt.”

‘Het maakt me diep verdrietig en heel erg moe’

Brewster is fel, maar weegt elk woord bedachtzaam. ,,Ik wil niemand voor het hoofd stoten, maar in een gesprek ga ik een eventuele confrontatie ook niet uit de weg. Het gaat om verbinding.” Toch zorgt het gespreksonderwerp voor veel emoties en die moeten geuit worden. ,,Het verleden en dat dat nog steeds doorwerkt, maakt me diep verdrietig en heel erg moe.”

‘We krijgen steeds het gevoel dat we hier niet thuis horen’

Brewster is moeder van drie dochters. Op een gegeven moment moest ze met haar kinderen in gesprek over huidskleur. ,,Mijn kinderen vroegen aan mij: mama, waar komen wij eigenlijk vandaan? Ik zei: hoezo? Je bent hier geboren. Almere, daar kom je vandaan. Maar dan antwoordden ze: nee, waar komen we eigenlijk vandaan? We zijn al generaties lang Nederlanders, maar krijgen steeds het gevoel dat we hier niet thuis horen. Dat we anders zijn. Dan ga je op zoek naar antwoorden.”

Voor haar kinderen probeerde Mavis Brewster haar stamboom te achterhalen. ,,Ik wist altijd ‘Brewster’ is geen Afrikaanse naam. Ik kon een paar generaties terugvinden in Suriname, maar daarna is de stamboom uitgewist. Doelbewust. Waarschijnlijk was ‘Brewster’ een Engelse of Ierse slavenhouder.”

‘Hoe vertel je de gruwelijkheden?’

Brewster is even stil. ,,De zus van mijn vader is vorig jaar overleden”, gaat ze verder. ,,Hoe oud is tante Betje geworden? 99 jaar en 11 maanden, bijna 100. Als je dan bedenkt dat het honderdvijftig jaar geleden is dat de slavernij is afgeschaft – dat is helemaal niet ver weg.’’

,,Dat is heel dichtbij, mijn oma leefde in die tijd, maar wij spraken daar nooit over. Dat is wat trauma met een mens doet. Hoe vertel je de gruwelijkheden die jou zijn overkomen? Dat je bezit was? Hoe vertel je dat aan je kinderen en kleinkinderen? ‘Niet’ is het antwoord. Je denkt: dat hou ik maar bij mij, dan hoeft mijn kind dat niet te verwerken. Soms denk ik wel: als ik hier als nazaat van een tot slaafgemaakte rondloop, lopen de nazaten van slavenhouders hier ook rond.”

‘Schaamte’

,,Onze maatschappij zit nu midden in een tijd van besef en erkenning. Dat brengt wrijving. Mensen kunnen niet meer zeggen dat ze niks weten van de geschiedenis. Door de mobiel heeft iedereen de geschiedenis in zijn handen.’’

,,Maar mensen schamen zich. Beide groepen. Witte Nederlanders voor wat een ander is aangedaan. Schrik, ongemak, ontzetting en schaamte horen bij die ontdekking. En wij schamen ons op een andere manier voor het leed. Maar we moeten met elkaar verder. De maatschappij is voor ons beide.”

Brewster lacht. ,,Geen van ons beiden gaat toch weg. Iedereen moet nu bij zichzelf nagaan: wat voor dingen denk ik en waar komt dat vandaan? Ga met jezelf en anderen in gesprek.”

Gepubliceerd op: 30 juni om 119:47 uur
Door: Myrddin Hilbrands, Leeuwarder Courant

Blijf op de hoogte
Naam(Vereist)
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.